Door Trudy en Marijke
De eerste drie reisdagen in Kazachstan
We worden wakker in het chique hotel. In stijl namen we een taxi naar een geldautomaat en de supermarkt.
We gaan over de grote brug de stad uit richting de stad Karaul. Een rechte weg naar het zuiden met pal tegenwind.
Het eerste stuk is vlak en groen.
Daarna glooiend met zilverglanzende grashalmen, bloemen, bloeiende brem, kleine watertjes. Heel divers, behalve de storm, die blijft. Het lijkt Patagonië wel. Na 190 km komen we in de stad. We tanken en zoeken een café. We worden ernaar toe gebracht. We dronken er een heerlijk kop koffie. En………..het bleek dat we er kunnen eten en slapen. Wat een mazzel. In de storm en regen pakken we de T-Ford in.
De volgende ochtend konden we het hotel niet uit. Deur op slot. We wachten op de dames, die een heerlijk ontbijt voor ons klaarmaakten.
Het waait zo hard, dat Dirk niet al het onderhoud kon uitvoeren.
Marijke vroeg aan een dame naar de juiste weg de stad uit. Er kwam ook een muzikant aanlopen, die spontaan voor ons op zijn domber ging spelen.
Wat een geweldige start. De weg is 150 km lang en vol gaten en hobbels. Het lijkt wel een attractie.
Het landschap is mooi en afwisselend.
Aan het eind van de weg gaan we een café in voor koffie, maar we kregen zonder tegenspraak ook een Kazachstaans gerecht voorgeschoteld.
Na een dikke knuffel van de gastvrouw rijden we de laatste 85 km.
Met hulp vonden een prachtige plek om te slapen midden in het groen. Een groepsaccommodatie met 2 slaapzalen met elk vier bedden en restaurant in aanbouw van bielzen.
De volgende ochtend ontbijt op het zonnige terras. We hoorden de stromende beek en de vogels mooi zingen.
Het lijkt in eerste instantie niet zo hard te waaien, maar na de helling van 12% omhoog gereden te hebben, klapperde het hoofd van Trudy net zo hard als afgelopen dagen. Tegenwind! De T-Ford heeft het zwaar, maar klaagt nog steeds niet, wat is hij goed: al zovéél kilometers lang.
Het landschap veranderde: meer heuvelachtig. Ook zagen we kraanvogels.
Tegen een uur of 4 zijn we een stadje ingereden om boodschappen te doen en geld te trekken. Dirk vroeg aan één van de jongens, die bij de T-Ford foto’s maakte, naar een restaurant. We gingen naar het beste restaurant van deze stad.
We kregen een warm onthaal en werden getrakteerd op een heerlijk Kazachstaanse maaltijd. Zo mooi, veel en lekker. Ze behandelden ons als eregasten. We worden enorm verwend.
Het is te laat om door te rijden. Eén van de medewerkers reed ons op de motor voor naar een nabijgelegen motel.