Door Trudy
Genieten van het mooie land.
Dirk verzorgt de T-Ford in het gras en er is hier voldoende hout om onder de krik te zetten en het gereedschap op te leggen. Het is en heel dagelijks programma. Na een rit van 312 km gisteren moet echt alles nagekeken worden. Onder andere: controleren van de bandenspanning, moet minimaal 60 pond zijn en als dat minder is pompt hij de band op. Controleren van de speling in de fuseepennen van de voorwielen. Controle van de stuurinrichting, waaronder de stuurstang, controleren van de loopvlakken van de banden of er geen scheuren inzitten of andere ongerechtigheden. Smeren van de fuseepennen met vet en olie. Controleren van de speling van de assen van de achterwielen. Controle van het niveau van de motorolie en zonodig bijvullen. Controleren van het niveau van de koelvloeistof en zonodig bijvullen. Contacten van het ontstekingshuisje schoonmaken en vullen van de tank onder de achterbank met benzine. Controleren van de spanning van de ventilatorriem. Deze dagelijkse controle is ongeveer een uur werk. Ondertussen maken we ontbijt klaar.
Ondertussen stroomt er heel veel water door de rivier die langs ons huisje loopt.
Als het mogelijk is kijkt Dirk op de email of er nog belangrijk nieuws is en regelt van alles. In dit huisje is internet, dus is het even kantoortijd.
We vertrekken weer en rijden verder over deze prachtige weg. Een keer gingen we zo steil de berg af dat Dirk daarvoor de ontsteking helemaal omhoog deed en de T-Ford ploft en rookt en ruikt, volgens Marijke die erachter reed, maar we komen veilig beneden
Boven op een berg staan allemaal winkeltjes en kopen we een pot honing voor in de koffie. Er is keuze genoeg. Er zijn hier veel bloemen op de bergen dus de bijen hebben het hier veel werk.
De huizen hebben hier verschillende kleuren daken en dat ziet er fleurig uit.
Bij een bruggetje eten we een broodje en Dirk versiert de T-Ford.
In Biysk hadden we gezocht naar een hotel, maar dat was hopeloos mislukt. Een uur hadden we door de stad gereden met een jonge man die wel graag wilde helpen, maar we vonden geen goede plek voor ons en de auto’s. Langs de grote weg bij een restaurant vroegen we aan een chauffeur naar een hotel. Hij stak vijf vingers op voor 50 te rijden kilometers en drie aan zijn andere hand. Ik dacht 53 kilometer maar het bleken er 80 te zijn. Wat een afstand aan het eind van de dag, ook al was de weg goed. Ja, daar zagen we na 80 kilometer het gebouw van het motel en ja…… er was plek voor ons. Marijke en ik omhelsden elkaar. We waren zo blij en we konden daar ook eten!!! Deze dag hadden we 411 kilometer gereden.
Petje af, genieten maar.