Verslag 27 februari
Door Steef
Ondanks het liggend aan of uitkleden is de daktent een geriefelijke ruimte om in te slapen.
Het weer is redelijk als we opstaan om te ontbijten. In de verte staat een witte Bedford en er komt rook uit de schoorsteen. Nieuwsgierig lopen we er heen. De camper blijkt heel modern te zijn ingericht met een kleine maar efficiënte roestvrijstalen kachel waar de eigenaar af en toe dennenappels in verbrand . Achterop hangt een rek met een kruidentuintje. Zoals meestal wisselen we reisverhalen uit. Dan is het tijd om deze camping te verlaten.
De Lewis Pass is onze eerste hindernis. Het bos aan weerskanten van de weg is groen, vochtig en mysterieus. De hoge vlekkerige stammen en bemoste omgevallen bomen wasemen de geur van paddenstoelen en dood hout. Links en rechts zien we indrukwekkende rivieren in de diepte. Weg 7 slingert er, de flanken van de heuvels volgend, langs. De grote trucks zijn intimiderend in de krappe bochten, deze weg is heel druk omdat een andere weg is afgesloten.
Bij een smalle brug over een rustige rivier stop ik met de Landrover om op de Model T te wachten. Bij sterk stijgende of dalende wegen rijd ik meestal voorop. Even de benen strekken over de brug die stopt bij een weiland met herten.
Tijdens een tweede stop maken we een wandeling omhoog langs de heuvel , Dirk duikt even onder de Ford. De bomen dragen allemaal grote pluimen wit mos.
Op de Riverside Motorcamp maken we ons kamp aan de oever van een rivier. Ik prepareer een kampvuur maar het begint te regenen. Dit vuurtje is voor de volgende bezoeker.